Lekker lezen .

dinsdag 19 december 2023

Ik wil mijn kind
thuis helpen met lezen of hem of haar te stimuleren om te gaan lezen.
Op school lukt het niet zo met vlot leren lezen, of juist wel.  Juf of
meester heeft gevraagd om thuis met je kind te lezen.
Hoe kan je er voor zorgen dat deze thuisoefeningen
plezierig blijven verlopen? Lees de tips en suggesties.
Frustraties vermijden
• Zorg er voor dat samen lezen geen opgave wordt. Doe
het iedere dag op een vast tijdstip en niet meer dan
een kwartiertje per keer. Zo weet je kind precies waar
het aan toe is.
• Probeer gevoelens van onmacht te vermijden.
Nadrukkelijk wijzen op fouten en aansporingen om
beter je best te doen werken vaak averechts. Liever
helpen als het niet meteen lukt, dan je kind laten
ploeteren om er zelf achter te komen wat er staat.
• Houd contact met juf of meester. Vraag om oefenstof
die eerst op school behandeld is, zodat je kind
herhaalt wat op school al is aangeboden. Dat bevordert het gevoel bij het kind dat je samen, school en thuis, werkt om het beter te laten lezen. Laat je kind daarnaast zelf een leesboek èn een voorleesboek uit de bieb kiezen.
Leesplezier.
Geniet vooral samen van het leesboek. Praat over de titel
en illustraties en stel vooraf vragen zoals: ‘Wat zou er
gebeuren?’ Na afloop van het lezen werkt het stimulerend
om ‘stiekem’ verder te kijken naar de titel van het volgende
hoofdstuk of de illustraties van de volgende pagina’s.
Zoemend lezen.

Zoemend lezen is een belangrijke leesstrategie om tot
correct en vlot lezen te komen. Door het lezen met
verlengde klankwaarde wordt het leesproces niet
onderbroken, bijvoorbeeld rrraaaam, dit in tegenstelling
tot het spellend lezen r/aa/m raam. Als een kind moeite
heeft om een woord te lezen, helpt u het kind door de
eerste klanken van het woord zoemend te lezen ,zodat uw
kind dit over kan nemen.
Het zoemend lezen is een voorbeeldstrategie die het kind
hoort van de leerkracht en van u als ouder. Dit wil niet
zeggen dat ieder kind het zoemend lezen direct kan
overnemen. Ieder kind doorloopt zijn of haar eigen
proces. Als uw kind nog (deels) spellend leest is het van
belang om dat niet af te keuren omdat dit funest kan zijn
voor het zelfvertrouwen en de leesmotivatie. Wel is het
goed dat uw kind het zoemend lezen als voorbeeld hoort.
Bij woorden die starten met een ploffer (k, p, t, b, d) en
de letter h is de instructie: zet de mond goed voor de
eerste klank en zoem de tweede klank er direct
achteraan. Bijv: baaaas.
Door tegelijkertijd met de vinger van links naar rechts de
letters van het woord in een vloeiende beweging aan te
wijzen ondersteunt u het zoemend lezen.
Voor – koor -zelf.
Een goede manier om te helpen is volgens een vast,
herkenbaar schema. Voor – koor – zelf is een beproefde
manier die ook op veel scholen wordt toegepast. Lees
niet te veel ineens maar ook niet te weinig omdat het kind
dan kan leunen op het geheugen in plaats van echt te
lezen. Houd telkens 10 tot 15 woorden (bij woordrijtjes) of
ongeveer 5 zinnen aan en herhaal deze werkwijze voor de
volgende woorden of zinnen.
Voor
Lees eerst dat wat geoefend moet worden voor. Doe dat
niet te vlug en niet te langzaam. Leest uw kind nog veel
spellend, lees de woorden dan zoemend voor. Laat het
kind de woorden of het stukje tekst aanwijzen met een
kaartje, terwijl jij voorleest. Dan is het kind er actief bij
betrokken.
Heeft uw kind moeite met de leesrichting van een woord,
zet dan een pijl naar rechts op het kaartje.
Koor
Lees vervolgens samen hardop. Richt je met het tempo
naar je kind, maar ga niet té langzaam. Door het zoemend
lezen ‘duw’ je het kind om ook ononderbroken te lezen.
Merk je dat het nog erg moeizaam gaat, lees dan nog een
paar keer samen hardop dezelfde woorden of zinnen,
totdat je merkt dat het beter gaat.
Zelf
Laat je kind nu zelf de woorden of zinnen hardop lezen.
Prijs het als het goed gaat. Laat je kind niet te lang zelf
proberen als het er niet uit komt. Vermijd uitdrukkingen
als: ‘Dat staat er niet, kijk eens goed!’ Beter is het om
rustig het woord waarover je kind struikelt, vóór te lezen
en het meteen daarna zelf te laten lezen (‘Er staat ……..,
nu jij). Wacht een kind lang voordat het een woord leest,
help dan door het begin van het woord van links naar
rechts aan te wijzen en tegelijkertijd zoemend voor te
lezen. Houd deze start aan totdat uw kind het overneemt
en de rest van het woord erachteraan zoemt.
Complimenteer het kind als het zelf een foutje verbetert.
Blijft het erg moeizaam gaan, lees dan eerst nog een keer
alle woorden of zinnen samen hardop, voordat je kind
weer zelf gaat lezen.
Sluit af met de vraag welke woorden of zinnen je kind
uitkiest om nog eens te lezen. Grote kans dat die goed
gelezen worden. Je eindigt dan met een positief gevoel.
Om de beurt een zin.
Een fijne manier van samen lezen in een leesboek is “om
de beurt een zin”. Het voordeel hiervan is dat je redelijk
vlot door een pagina gaat, waardoor je in een kortere tijd
meer over het verhaal te weten komt. Dit komt het
leesplezier ten goede. Tevens hoort het kind om de
andere zin een goed voorbeeld, ook qua intonatie. Het
werkt prettig om de zinnen aan te wijzen.
Kiezen.
Laat, voor de motivatie, je kind kiezen hoe het wil lezen
in een leesboek:
• voor-koor-zelf;
• om de beurt een zin;
• om de beurt een pagina;
• alles zelf (waarbij je als ouder luistert en begeleidt).

Voorlezen.

Een fijne afsluiting van de hele oefensessie is een stukje
voorlezen. Laat je kind een voorleesboek uitkiezen en
spreek een vast aantal bladzijden af om per keer voor te
lezen. Het voorleesboek mag uiteraard een hoog
lees niveau hebben en kan variëren van een prentenboek,
informatief boek tot een voorleesboek zoals meester
Kikker, Dolfje Weerwolfje of Jubelientje. Vergeet niet om
over het verhaal te praten met je kind. Niet om te
controleren of het wel geluisterd heeft, maar om stil te
staan bij wat in het hoofd van je kind is opgekomen naar
aanleiding van het verhaal. Stel daarbij vragen als:
• ‘Zou jij zoiets mee willen maken?’
• ‘Wie vind je het leukst/liefst/onaardigst in het verhaal?’
• ‘Wie zou een vriend/vriendin van jou kunnen zijn?’
Dergelijke vragen doen een beroep op de leesbeleving en
zullen je kind wellicht stimuleren om zelf verhalen te
willen lezen. En meer lezen leidt tot beter lezen. Het mes snijdt aan twee kanten, je beleeft er plezier aan en je leesvaardigheid groeit!

Delen via